2025 Ine Van Hoyweghen
Ine Van Hoyweghen
Humane Wetenschappen
Hoogleraar sociologie aan de Katholieke Universiteit Leuven
Directeur van het Life Science & Society Lab.
Loopbaan – Onderzoek – Jury rapport
Haar loopbaan
Ine Van Hoyweghen werd geboren in 1976 in Brugge als middelste dochter in een gezin van drie kinderen. Na de studies Latijn-Wiskunde in Genk begint ze aan de opleiding Politieke en Sociale Wetenschappen aan KU Leuven. In het laatste jaar gaat ze op Erasmus-uitwisseling naar de Universiteit van Bologna, waar haar belangstelling voor de relatie tussen wetenschap, technologie en samenleving wordt aangewakkerd. In haar masterproef in de sociologie onderzoekt ze de maatschappelijke uitdagingen van de risicosamenleving, onder het promotorschap van Prof. Frans Lammertyn.
In oktober 1999 start ze als FWO Aspirant met haar doctoraatsonderzoek aan KU Leuven, onder het promotorschap van Prof. Rita Schepers en Prof. Klasien Horstman. Gefascineerd door de sociale impact van technologische innovaties in de geneeskunde en de zorg, spitst ze zich toe op het domein van de medische sociologie met onderzoek naar het gebruik van genetische testen in de wereld van (levens)verzekeringen. Het laatste jaar van haar doctoraat brengt ze door als Marie Curie Fellow aan het Science and Technology Studies Unit (SATSU) van de Universiteit van York (Verenigd Koninkrijk), onder begeleiding van Prof. Andrew Webster. Hier maakt zij kennis met het vakgebied Science & Technology Studies (STS), dat voor haar verdere onderzoeksloopbaan richtinggevend zou worden.
In 2004 behaalt ze het doctoraat en wordt ze postdoctoraal onderzoeker aan de Universiteit van Maastricht (Nederland) binnen het MC Genomics Programma van het NWO, dat zich richt op de maatschappelijke aspecten van de genetica. Ze gaat daar werken in een interdisciplinaire groep van Health Humanities van de Faculteit Geneeskunde, waar ze in 2008 benoemd wordt tot Universitair Docent. Op internationaal niveau werkt ze veelvuldig samen met onderzoekers die niet behoren tot haar eigen discipline, en dankzij haar sociologisch georiënteerde achtergrond kan ze verschil maken in de wereld van de genetica. In 2009 verblijft ze als Onderzoeksfellow aan Ecole des Mines de Paris (France), waar ze bij het Centre de Sociologie de l’Innovation (CSI) samenwerkt met Prof. Michel Callon op het gebied van de sociologie van markten. Dit blijkt een stimulerende omgeving voor het verdiepen van haar inzicht in de wetenschaps- en innovatiesociologie.
In 2013 ontvangt Ine Van Hoyweghen de ODYSSEUS-II beurs van het Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek (FWO), waarmee ze terugkeert naar KU Leuven, haar alma mater waar ze sinds 2023 werkzaam is als gewoon hoogleraar aan de Faculteit Sociale Wetenschappen. Hier richt ze het Life Sciences & Society Lab op, dat zich toelegt op de sociale en ethische dimensies van de biogeneeskunde en biomedische innovatie, in nauwe samenwerking met levenswetenschappers. Ze weet verschillende getalenteerde jonge onderzoekers te motiveren tot gedegen onderzoek binnen deze nieuwe onderzoeksrichting. Met steun van FWO richt zij in 2014 het Belgisch Netwerk voor Wetenschap, Technologie & Samenleving (B.STS) op, ter bevordering van de Science & Technology Studies (STS), destijds nog onontgonnen terrein in België. In haar rol als trait d’union mobiliseert ze haar internationale samenwerkingen om onderzoek van hoge kwaliteit te waarborgen voor jonge Belgische STS-onderzoekers. In datzelfde jaar wordt zij ook lid van Jonge Academie, waar zij haar expertise rond de verweving van wetenschap, technologie en samenleving inzet voor de uitbouw van Citizen Science in Vlaanderen.
Gedurende haar loopbaan is haar onderzoekgroep uitgegroeid tot een centrale hub voor onderzoek in internationaal perspectief van de sociale dimensies van biomedische innovaties, met talrijke vormen van interdisciplinaire Europese samenwerking rond digitale gezondheid, gepersonaliseerde geneeskunde, in silico geneeskunde en Artificiële Intelligentie. Ze heeft daarbij systematisch de grenzen van de medische sociologie verlegd, teneinde de verweving van biomedische innovaties en sociale waarden zo scherp mogelijk te kunnen analyseren.
Sinds de uitbouw van haar onderzoeksloopbaan heeft zij talloze doctoraatsstudenten en postdoctorale onderzoekers begeleid, die op hun beurt succesvolle loopbanen hebben ontwikkeld binnen de universiteit, de non-profitsector en de beleidswereld. Ze speelt een trekkersrol in samenwerkingen over de grenzen van verschillende wetenschapsdisciplines heen, vanuit de overtuiging dat een open visie de sleutel is voor wetenschappelijke excellentie en maatschappelijke impact.
Sinds 2021 is Ine Van Hoyweghen lid van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Wetenschappen en Kunsten van België. Vanuit haar onderzoeksexpertise zet zij zich actief in op het gebied van wetenschaps- en innovatiebeleid in België en Europa, als lid van diverse advies- en evaluatiecomités en internationale netwerken.
In 2025 is zij aangesteld als gastprofessor aan de Universiteit van Milaan.
Ine Van Hoyweghen is gehuwd en heeft een gezin van vier kinderen.
Haar onderzoek
Ine Van Hoyweghen en haar team bestuderen de sociale en ethische dimensies van biomedische innovaties en technologieën. Dit doen zij aan de hand van onderzoek binnen de medische sociologie, STS en de innovatiesociologie. Haar vakgebied richt zich op de complexe verweving van biomedische technologie en onze hedendaagse samenleving, die zich kenmerkt door voortdurende innovatie op het kruispunt van levenswetenschappen en menswetenschappen. In onze technologisch gedreven kennissamenleving zijn de innovaties binnen de levenswetenschappen amper bij te benen, mede door de aanhoudende vernieuwing van digitale technologieën. Hierbij zijn voortdurend uiteenlopende en soms strijdige maatschappelijke belangen in het geding. De maatschappelijke uitdagingen die voortvloeien uit de ontwikkelingen van morgen vragen dan ook meer dan ooit om zorgvuldige verbinding van perspectieven en inzichten overheen de disciplines.
Het eerste sociologisch onderzoek van Ine Van Hoyweghen aan het eind van de jaren negentig van de vorige eeuw viel samen met de ontwikkeling van het Humaan Genoom Project, gericht op het in kaart brengen van het volledige genoom. Door de steeds krachtigere computers werd hiermee een nieuw tijdperk ingeluid, gekenmerkt door een gepersonaliseerd en gedigitaliseerd karakter van de geneeskunde. Vanaf het begin gaan deze biomedische innovaties niet alleen gepaard met hoge verwachtingen, maar ook met grote maatschappelijke bezorgdheid rond privacy, discriminatie en nieuwe vormen van sociale ongelijkheid. In het kielzog hiervan heeft zich binnen de sociale wetenschappen een nieuwe discipline ontwikkeld, de sociologie van de genetica. Enerzijds spitst dit onderzoek zich toe op de sociale implicaties van de levenswetenschappen, waarbij de focus ligt op hoe identiteit, verantwoordelijkheid en solidariteit vorm krijgen in een tijd van toenemende geneticalisering en digitalisering van het sociale leven. Tegelijkertijd vinden we hier onderzoek naar de sociale aspecten van de levenswetenschappen. Met behulp van STS wordt aangetoond dat de productie van wetenschappelijke kennis per definitie een maatschappelijke aangelegenheid is, met tal van implicaties. Hierdoor is het cruciaal om hedendaagse biomedische kennispraktijken en innovaties vanuit een sociaalwetenschappelijk perspectief te onderzoeken.
Ethische en sociale dimensies van de genetica
Het vroege onderzoekswerk van Ine Van Hoyweghen valt binnen het nieuwe domein van de sociologie van de genetica, waarbij ze een innovatieve aanpak heeft ontwikkeld om de verweving tussen biomedische wetenschappelijke kennis, beleid, economie en samenleving te analyseren. Daartoe heeft ze actieve samenwerking nagestreefd met een breed scala aan menswetenschappers, zoals juristen, filosofen, historici en ethici. In haar empirisch-sociologisch onderzoek heeft ze zich gericht op patiënten, verzekeringsbedrijven, beleidsorganen en wetgevende instanties, waardoor zij binnen haar vakgebied in brede zin aanwezig is. Dit heeft onder meer geleid tot een onderscheidende bijdrage in het publieke debat rond de maatschappelijke implicaties van de genetica. Samen met internationale collega’s heeft zij het Genetic Discrimination Observatory opgezet, dat tot op heden de basis vormt van een globale impact casestudie over genetische discriminatie.
Solidariteit in tijden van gepersonaliseerde, digitale geneeskunde
Binnen het kader van haar Odysseus-onderzoek richt zij zich met haar team op de vraag van solidariteit, zoals verbonden met de komst van nieuwe biomedische technologieën. Haar werk heeft een even sterke analytische als beleidsmatige impact. Analytisch heeft ze de invloed van personalisering en digitalisering van de geneeskunde op solidariteit ontrafeld. Beleidsmatig heeft ze onderzocht hoe verzekeringen, zowel publiek als privaat, in een economisch gekleurde cultuur van personalisering, eigen risico en verantwoordelijkheid duurzaam kunnen blijven. Daarnaast heeft ze een brede sociologische studie uitgevoerd naar de toekomst van solidariteit in Europa, niet alleen in de gezondheidszorg, maar ook in het domein van arbeid, de welvaartsstaat, migratie, gender, cultuur en klimaat. Haar conceptueel en empirisch onderzoek heeft geleid tot solide samenwerkingen met internationale collega’s. Een belangrijk resultaat hiervan is een Europees vergelijkende, longitudinale studie naar solidariteit in tijden van COVID-19, over de ervaringen van burgers met het Europees en nationaal COVID-19 beleid. Het thema van de solidariteit vormt ook de kern van haar latere onderzoek rond digitaal beleid van de EU en publieke waarden in de gezondheidszorg.
Digitaal Europa: Biomedische innovatie en publieke waarden
In haar meest recente onderzoek heeft Ine Van Hoyweghen haar sociologisch onderzoeksgebied uitgebreid naar digitale biomedische innovaties in de EU, zoals digitale gezondheidstechnologie, Artificiële Intelligentie en in silico geneeskunde. Zij onderzoekt hoe deze nieuwe vormen van biomedische kennis en data ontwikkeld worden, hoe deze digitale innovaties (al dan niet) hun inbedding krijgen in de Europese samenleving, en hoe deze tegelijkertijd co-transformeren. Op breder vlak richt zij zich op de vraag hoe in de lopende debatten over digitale regulatie, waarden en ethiek het Europese project mede wordt vormgegeven. De laatste jaren besteedt zij veel aandacht aan nieuwe methoden om de sociale dimensies van digitale biomedische technologie op een anticiperende manier te onderzoeken, door het faciliteren van workshops met wetenschappers, patiënten, burgers, industrie en beleidsmakers tijdens het proces van innovatie.
Grensverlegger en bruggenbouwer
Wat het onderzoek van Ine Van Hoyweghen uniek maakt, is de combinatie van conceptueel en empirisch werk overheen verschillende disciplines, allerhande innovaties en uiteenlopende momenten binnen de innovatiecyclus. Van notulen in EU-board meetings, visies van EU-beleidsmakers en Big Tech entrepreneurs, naar observaties in het lab, casestudies in de kliniek en biografische interviews met patiënten, tot nationale vergoedingsinstanties en publiek engagement. Hierdoor kan zij dwarsverbanden blootleggen in het innovatieproces van nieuwe technologieën van laboratorium naar samenleving. Dit stelt haar in staat om een kritische blauwdruk te geven van de wereld van biomedische innovatie en de sociale implicaties ervan, maar ook van de rol daarbij van specifieke visies op Europa. Deze benadering maakt het mogelijk om bredere maatschappelijke trends en verschuivingen te onderscheiden, als basis voor reflectie op de politiek van biomedische innovatie.
In haar werk excelleert Ine Van Hoyweghen als bruggenbouwer en weet zij als geen ander actief verbinding aan te gaan met diverse onderzoekers, disciplines en netwerken, maar ook met beleidsmakers, industrie en burgers. In haar opvatting schuilt de bijdrage als sociale wetenschapper voor interdisciplinair onderzoek in de articulatie van onderliggende verbanden tussen schijnbaar uiteenlopende fenomenen. Dit type van onderzoek dwingt haar om overheen grenzen te denken en, waar mogelijk, disciplinaire reflexen te weerstaan.
Rapport van de jury (5 april 2025)
The 2025 Francqui Prize in Human Sciences is awarded to Prof. Ine Van Hoyweghen, Head of the « Life Science and Society Lab » from the Center for Sociological Research at University of Leuven.
Prof. Van Hoyweghen is a pioneering social scientist of biomedical innovation. She is working at the intersection of social sciences, humanities and medical life sciences. Over the past twenty-five years, she has conducted rigorous empirical work and developed a groundbreaking research agenda that speaks to multiple disciplines and scholarly fields. Her first work was an ethnography exploring the possibilities for discrimination by insurance companies raised by genetic testing. This laid the grounds for examining the interrelations between biomedical sciences and society with a focus on responsible innovation and forms of citizen science. From this research, solidarity has emerged as a key conceptual frame for insisting that patient and layperson voices are heard in regulatory processes and public policy.
Examining the co-production of technology and social relations demands approaches that break the boundaries of traditional scientific disciplines. While interdisciplinarity in the face of complex social problems is often called for, in practice it can be very difficult and risky for individual academics to pursue. Prof. Ine Van Hoyweghen has risen to this challenge, as demonstrated in the impressive breadth of her collaborations and publications. In her efforts to work towards responsible innovation and citizen science she has actively debated and engaged with a full range of stakeholders, including government agencies, patient associations, and the Council of Europe among others.
Alongside her own research achievements, Prof. Van Hoyweghen has succeeded in institutionalizing her knowledge and approach not only through the taking on of institutional responsibilities, but also in her (co-)founding of, for example, the Genetic Discrimination Observatory and the Belgian Network of Science, Technology & Society. At KU Leuven, she has been a part of the design and development of, among others, the Life Sciences & Society Lab (LSS Lab), the Digital Society Institute (DigiSoc) and the Leuven Centre for Health Humanities (LCH²). Throughout these achievements, Prof. van Hoyweghen has supported a new generation of doctoral and postdoctoral scholars with a clear commitment to mentoring and career development through to professional partnership.
Prof. Ine van Hoyweghen is an outstanding researcher who combines rigorous interdisciplinary scholarship with a commitment to addressing urgent social challenges and supporting the next generation of creative scholars. We have no doubt that she will continue to make innovative and important scholarly and social contributions.
Leden van de internationale jury
Professor Eric S. MASKIN
Adams University Professor
Professor of Economics and Applied Mathematics at Harvard, USA
Prix Nobel d’Économie 2007
– Voorzitter van de jury
Professor Bridget ANDERSON
Professor of Migration, Mobilities and Citizenship
Director Migration Mobilities Bristol (MMB)
Migration, Mobilities and Citizenship
University of Bristol, UK
Professor Donald KATZ
Professor of Psychology
Psychology Department and Program in Neuroscience
Taste or Gustatory System Neural dynamics
Brandeis University, USA
Professor Yann KERBRAT
Professor of Public and International Law
Member and former Director of the Sorbonne Research Institute for International and European Law
Université Paris 1 Panthéon-Sorbonne, France
Professor Ulrike KLINGER
Professor of Political Communication & Journalism
Amsterdam School of Communication Research ASCoR
University of Amsterdam, the Netherlands
Professor Pierre LASCOUMES
Emeritus director of research at the CNRS
Affiliated with the Centre for European Studies at Sciences-Po Paris,
France
PD Dr. Kathrin OHLA
Director of Perception & Cognitive Neuroscience, dsm-Firmenich, Geneva, Switzerland
Privatdozentin, Department of Psychology, Münster University, Germany
Professor Marco VENTURA
Professor in Law and Religion at the University of Siena, Italy
Associate Researcher at the Centre Droit, Religion, Entreprise et Société
of the French National Research Council and the University of Strasbourg, France
Professor Ayo WAHLBERG
Head of Department of Anthropology
University of Copenhagen,
Denmark
– Leden van de jury
Greet T’JONCK
Secretary General of the Francqui Foundation
– Secretaris van de jury
Toespraak van Herman Van Rompuy
(12 juni, op het Paleis der Academiën, Brussel)
De jaarlijkse Francqui prijs is bijna honderd jaar oud. Hij past zich feilloos aan aan de wereld waarin we leven en aan de ontwikkeling van de wetenschap maar met behoud van de grote waarden die de kern uitmaken van onze beschaving. Telkens stellen wij ons de vraag: wat is goed voor de mens en voor de mensen? Sterker nog: hoe maken we de samen-leaving meer menselijk, humanior? Die vraag is des te prangender in een tijd waarin wij helaas opnieuw moeten spreken over oorlog en vrede, over wat is waarheid en leugen, over wat is goed en wat iworden opnieuw geconfronteerd met de basisvragen van ons bestaan als persoon en als gemeeenschap. Mijn generatie is opgegroeid in een humaniora onderwijs , letterlijk meer menselijkheid. Hoe passen we dat menselijk uitgangspunt toe in een digitale wereld en in een revolutionaire medische omgeving? Welk soort mens willen wij? Dat is precies het onderzoeksveld van onze laureaat van dit jaar: Ine Van Hoyweghen, professor aan de KULeuven en lid van deze roemrijke Akademie waarin we ons vandaag ruimtelijk bevinden. Professor Van Hoyweghen is een expert op het gebied van de sociale impact van biomedische innovaties. Haar onderzoek richt zich op de sociale, ethische en regelgevende aspecten van technologieën. In concrete onderzoeksprojecten heeft ze zich toegelegd op digitaal gegevensbeheer, patiëntenparticipatie en solidariteit in de gezondheidszorg. Haar vraag is: hoe houden we het menselijke blijvend voor ogen in een stormachtige evolutie?
Le jury international présidé par le professeur Maskin, lauréat du prix Nobel, a reconnu cette question fondamentale et les recherches menées par Ine van Hoyweghen à ce sujet. Il n’y a pas de limites à la connaissance, mais il y a des limites à l’application de nos connaissances. Tout ce que nous pouvons faire n’est pas nécessairement permis. Il ne s’agit pas ici de moralisme, mais de morale, non pas de pointer du doigt, mais de notre condition humaine. Dans le nouvel environnement technologique dans lequel nous vivons, quelques-uns ne peuvent pas décider pour tous, et certainement pas ceux qui détiennent le quasi-monopole de ces technologies et/ou qui ont l’argent. Il existe aujourd’hui une concentration sans précédent du pouvoir dans l’économie et la politique, du moins dans certains pays. Cela est non seulement malsain, mais aussi dangereux. Les données, c’est le pouvoir. Data is macht. Les données, c’est le marché. Ceux qui ne possèdent pas les données tentent parfois de les voler, non pas pour les utiliser, mais pour en abuser. Il serait erroné de ne voir que le côté négatif des nouvelles technologies, mais ce serait une erreur encore plus grande de croire que tout le monde est de bonne foi, que les gens ont naturellement de bonnes intentions et que l’autorégulation est préférable à la réglementation gouvernementale. Une main invisible nous conduirait naturellement vers le bien pour tous. Laissons fleurir cent fleurs et la nature se purifiera d’elle-même. « Tout ira bien » est une sagesse apparente que l’on entend souvent. Parfois, des dommages irréparables peuvent être causés. C’est pourquoi nous devons redoubler de vigilance en cette période de changements profonds dans les domaines de la science et de la technologie. Si nous prenons aujourd’hui la mauvaise direction, il n’y aura pas de retour en arrière possible. Dans le climat actuel de glorification de la déréglementation, il ne faut pas généraliser. Bien que les pouvoir publics soient aujourd’hui considérés avec méfiance, la démocratie a un rôle important à jouer dans la protection des citoyens contre la manipulation et les abus. Les pouvoirs publics doivent protéger la pluralité des opinions, mais parfois, il faut aussi protéger contre la liberté de mentir et de tromper. Si les autorités n’avaient pas écarté les théories du complot et s’ils n’avaient pas pris en main la distribution de vaccins efficaces dans l’UE, nous serions encore aujourd’hui en pleine pandémie, ou plutôt en enfer. Je traduis à ma manière l’opinion d’Ine Van Hoyweghen. Aujourd’hui, cependant, il s’agit de son travail, de ce qui l’inspire et de sa vision des choses, et non de ce que moi-même et d’autres en pensons, même si je n’ai aujourd’hui aucune difficulté à partager son avis.
Pour notre lauréate, la recherche scientifique n’est pas une quête solitaire : never research alone. C’est un travail d’équipe. Elle ne se limite pas à une seule discipline ou à un seul pays. Elle ouvre de nouveaux horizons. Il n’y a pas de place pour la rivalité ou la jalousie, mais pour la coopération et le service à une cause qui transcende nos egos.
Dikwijls wordt het debat over wetenschap en ethiek of over technologie en werkgelegenheid herleid tot een oppervlakkig debat over optimisme en pessimisme. De pessimist heeft trouwens altijd gelijk. Als het verkeerd afloopt kan hij zeggen: ik had het je toch gezegd en als het toch goed eindigt zegt de pessimist: des te beter. De onderzoeker moet de gave van het onderscheid hebben: waar zijn er mogelijkheden voor menselijke ontplooiing of voor een beter leven en waar zijn de gevaren en wat kunnen wij doen? Onze laureaat zegt dat verontwaardiging niet genoeg is. Ze noemt zichzelf een activist voor menselijke waarden. In totalitaire regimes staat niet de mens voorop maar het land, het ras, de ideologie. In illiberale politieke regimes die neo-kapitalistisch zijn gaat het om geld, van en voor enkelen. Europa heeft een eigen model of zou dat nog meer moeten hebben. Ine Van Hoyweghen wil daar inhoud aan geven. Ik lees in interviews dat onze laureate zegt dat ze geen vernieuwend wetenschappelijk werk heeft geleverd maar oude menselijke waarden verzoenen met nieuwe technologieën is vernieuwend. Het had trouwens reeds eerder moeten gebeuren. De Francqui Stichting is blij hieraan duw te hebben gegeven.
We beleven vreemde tijden. Enkele jaren geleden zagen een aantal mensen woke, vooral de excessieve variant ervan, als een gevaar. Ik hoop dat dezelfden de huidige kruistocht tegen woke of vermeende woke even gevaarlijk vinden. Dat universiteiten droog gelegd worden en uitgesloten uit de internationale gemeenschap, gaat in tegen wat wij in Europa verstaan onder de vrijheid van mening en de vrijheid van onderwijs. Ik heb mij nooit zo sterk Europeaan gevoeld als vandaag. De universiteiten in ons land vervullen reeds soms 600 of 200 jaar die rol. Ze volgen onverstoorbaar hun missie ten dienste van de wetenschap, van hun studenten, ten dienste van mensen en van het algemeen belang. Wij moeten daar meer fier op zijn. Onze universiteiten in Europa zijn in de loop van de jaren naar mekaar toegegroeid zowel door Erasmus programma’s, door het grote onderzoeksprogramma HorizonEurope, door de Bologna dynamiek, door de talloze associaties tussen Europese universiteiten . Ze zijn meer partners dan concurrenten omdat ze dezelfde zaak dienen. Wie aan één van hen zou raken zou aan alle raken. Dat is onze European way of life. Ik ben ervan overtuigd dat velen aan de andere zijde van de oceaan stil of open daar ook zo over denken.
Je voudrais ajouter une réflexion qui, malheureusement, est également très pertinente aujourd’hui. Elle est de la grande philosophe Hannah Arendt : « Ce mensonge permanent n’a pas pour but de faire croire un mensonge au peuple, mais de faire en sorte que plus personne ne croit plus rien. Un peuple qui ne sait plus distinguer le vrai du faux ne sait plus distinguer le bien du mal. Et un tel peuple, privé de sa capacité de penser et de juger, est, sans le savoir et sans le vouloir, totalement soumis à la domination du mensonge. Avec un tel peuple, on peut faire ce que l’on veut. »
We beleven in onze tijd de hoogdagen van de kennis. We moeten ook de hoogdagen vieren van waarden, van de rusteloze zoektocht naar waarheid, goedheid en schoonheid, naar verbondenheid, naar wat ik schroomvol liefde noem. Waarden zijn begrenzing van wat mag en en niet mag maar ook een kans voor meer menselijkheid en broederlijkheid. Onze laureate is daardoor gedreven. Een vrouw met een missie. Nogmaals proficiat.